top of page

Transformatievisie

Na het vertrek van Royal Haskoning is het Estelgebouw getransformeerd naar een appartementencomplex. Volgens de verantwoordelijke architect Teake Bouma, was het ontwerpen aan het Estel gebouw balanceren tussen behoud en vernieuwen. Met ogenschijnlijk eenvoudige ingrepen is men er in geslaagd om op subtiele wijze het bestaande karakter van het gebouw hebben weten te behouden en te versterken. Het gebouw is nu helderder en opener. De gebruiker is meer zichtbaar geworden en het gebouw sluit daarmee beter aan op de dynamiek van de stad.

​

Drie aspecten maken het gebouw uit 1976 van architect Alexander Bodon uniek. De verankering in het landschap d.m.v. tuinen, terrassen en doorzichten. De expressieve staalconstructie, chique aluminium gevels en innovatieve installaties als uitdrukking van corporate identity. En de geraffineerde verschuivingen en subtiele contrasten die het rationele gevelstramien tot leven wekken. Deze kernkwaliteiten vormen de grondslag voor de herschikte plattegronden, de gewijzigde gevels en de opzet van de terrassen.

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

Transformatiekader Estelgebouw 

(2014-2016)

​

​

 

Bij het ontwerpproces is gekozen voor een narratieve benadering. Dat wil zeggen, het verhaal van het gebouw en het ontwerp van Alexander Bodon zijn gerespecteerd en de interventies zijn in lijn met dat handschrift ontworpen. Geen modieuze of contrasterende toevoegingen, maar zorgvuldig vormgegeven ingrepen 'in de geest van' die recht doen aan het bestaande monument en de nieuwe woonfunctie. Dat leverde interessante uitdagingen op voor het bouwteam.

 

Om het verhaal van Estel in het gebouw te kunnen herkennen, vonden de ontwerpers het cruciaal om de beeldbepalende paraplukolommen van staal en de chique borstweringen van aluminium zichtbaar te houden. In het voormalige hoofdkantoor zetelde de holding Estel van de gefuseerde staalbedrijven Hoogovens en Hoesch. Wat deze fabrieken te bieden hadden, werd met trots in het gebouw geëtaleerd. Dat visitekaartje is gekoesterd. Daarom is tijdens de verbouw ervoor gekozen om de expressieve kolommen op de begane grond - ondanks de hoge kosten - schoon te stralen en te voorzien van een coating: een brandveilige én esthetisch bevredigende oplossing. Ook de matglanzende balustrades voldeden niet meer aan de veiligheidsnormen. Toch was verwijderen ervan geen optie. De oplossing werd gevonden in een doorvalbeveiliging van helder glas met een 'blinde' bevestiging aan de achterzijde van de balustrade. Een vrijwel onzichtbare ingreep met groots effect want daardoor zijn de terrassen weer bruikbaar als buitenruimte van de appartementen.

 

Dezelfde aandacht voor het detail was er ook voor de kozijnen, kantelramen en terrasdeuren. De zoektocht was gericht op het vinden van een nieuw gevelsysteem dat naadloos aansluit op de oorspronkelijke profielen. En bij de positionering van de nieuwe ramen en deuren is de compositie van de gevel als het ware herschreven met behoud van de kenmerkende regelmaat in het stramien. Dat ziet er nu heel vanzefsprekend uit maar was een ingewikkelde puzzel vanwege de afstemming tussen de gevelcompositie en de woningplattegronden. Vindingrijkheid was ook geboden bij het minimaliseren van geluidsoverdracht in het stalen gebouw. Het antwoord op dat vraagstuk werd gevonden in een combinatie zwevende dekvloeren, extra geisoleerde binnenwanden, dubbele ramen bij woningscheidende wanden en verend opgehangen plafonds. Allemaal aan het zicht onttrokken maar cruciaal voor het wooncomfort.

 

Van onschatbare waarde voor Estel Residence is de situering van het gebouw hoog op een beboste stuwwal met een weids uitzicht over de stad Nijmegen, de Waal en de Ooijpolder.

Een unieke ligging waar slim op is ingespeeld bij de herbestemming. Zo hebben de meeste appartementen een open en gestrekte plattegrond gekregen, zodat het uitzicht in de volle breedte kan worden beleefd. Daarbij kwam de karakteristieke kruisvormige opzet van het gebouw met vier ondiepe vleugels goed van pas.

Wel is het verouderde bronskleurige spiegelglas in de rondom doorlopende bandvensters vervangen door neutraal zonwerend isolatieglas. Deze in het oog springende wijziging had tevens tot doel om de bewoners een natuurlijker gekleurd zicht op de omgeving te bieden. Bovendien kreeg het gebouw door het transparante glas een vriendelijker open uitstraling. Ook de bloempotten, de parasols, de opengetrokken gordijnen, het lichtschijnsel boven de eettafel en bovenal de bewoners hebben het gebouw meer dan ooit tot leven gewekt.

 

Bij de transformatie is ook nagedacht over de bijdrage van het gebouw aan de stad. Daarom is de extra hoge begane grond niet volledig ingevuld met woningen maar juist grotendeels transparant en open gelaten. Je houdt daardoor zicht op de omgeving, dwars door de ontvangsthal van het 'opgetilde' appartementencomplex. Gebouw en omgeving gaan zo ruimtelijk in elkaar over. Die verweving is nog versterkt door de tuinaanleg en het aanplanten van de witte kunststof bakken op de randen van het getrapte gebouw. Die bakken volgen de helling van de stuwwal en de aangebrachte beplanting zet het groene karakter in de hoogte voort. Helemaal bovenin het gebouw is extra woonruimte gecreëerd door een compacte opstelling van de vernieuwde technische installaties. De grote gesloten installatiedoos van weleer is nu een riant penthouse met grote ramen achter een voile van metalen lamellen. Ook hier klinkt het verhaal van Estel subtiel door in de hoekige detaillering en de metaalachtige kleuren en materialen van deze opvallende nieuwe bekroning.

​

Uit 'De erfgoedstem" door Leon van Meijel.

Van Meijel, adviseurs in cultuurhistorie, is gespecialiseerd in 'Post 65 erfgoed' en is nauw betrokken geweest bij de transformatie van Estel. Deze betrokkenheid leverde een 5-tal inzichten op in hoe om te gaan met dit soort projecten. Zie voor deze transformatiekaders www.adviseursincultuurhistorie.nl.

​

​

“Voor mij was het ontwerpen aan het Estel gebouw balanceren tussen behoud en vernieuwen. Waar ik blij mee ben is dat wij met ogenschijnlijk eenvoudige ingrepen en op subtiele wijze het bestaande karakter van het gebouw hebben weten te behouden en te versterken. Het gebouw is nu helderder en opener. De gebruiker is meer zichtbaar geworden en het gebouw sluit daarmee beter aan op de dynamiek van de stad.”

Teake Bouma, architect.

​

https://www.teakebouma.nl/

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

bottom of page